Waarom je ons nooit ziet rennen…

Als je in nood bent, of een van je naasten, dan kan de hulp niet snel genoeg komen. Toch zul je ons nooit zien rennen van de ambulance naar de patiënt. Er zijn diverse redenen waarom de mensen van de ambulance niet hollen, maar gelijkmatig doorstappen.

Het is geen gebrek aan motivatie, legt ambulanceverpleegkundige en opleider Michel van Wingerden uit. “Het is eigenlijk heel logisch. Rennen levert weinig tijdwinst op, maar wel nieuwe gevaren. Rennen is riskant: als een van ons valt of een enkel verstuikt, hebben we één slachtoffer erbij en één hulpverlener minder. Daarnaast moeten wij bij het naderen de situatie ter plekke goed in ons op kunnen nemen. Enerzijds omdat er nog gevaren kunnen dreigen. Denk aan langsrazend verkeer, wrakstukken op de weg, gladheid, huisdieren, wapens, te veel om op te noemen. Anderzijds omdat we overzicht willen hebben: wie is de patiënt, wie zijn de omstanders, wat is er gebeurd en wie kunnen we eventueel vragen om te assisteren. Overzicht maakt de hulpverlening veiliger en efficiënter.”

De tekst gaat verder onder de foto.

Om diezelfde reden gaan bij een grote ramp met veel slachtoffers de medewerkers van de eerste twee ambulances zelfs helemaal géén patiënten helpen, legt Michel uit. “Zij gaan eerst in het rampgebied inventariseren hoeveel gewonden er zijn, wie er het ergste aan toe zijn en wat er nodig is om iedereen goed te kunnen helpen.”

Maar er zijn nog meer redenen te noemen waarom wij niet rennen. Michel (op de foto achter de brancard): “We hebben vaak veel en zware spullen bij ons: een grote monitor, de spoedkoffer, de AB-tas, soms zuurstof of een reanimatieautomaat en natuurlijk de brancard. Daarmee kun je niet eens goed rennen, althans niet zonder zelf buiten adem te raken. En stel je voor dat wij vol adrenaline een huiskamer komen binnenrennen… Het zou de stress bij de patiënt en de familieleden vergroten, terwijl er juist kalmte nodig is om ons werk goed te kunnen doen.”

Situaties waarin een paar seconden tijdwinst echt het verschil maken, zijn zeer zeldzaam, schetst Michel. “De gevaren van rennen daarentegen zijn heel reëel. Dus als je ons ferm ziet doorstappen, weet dan dat we dat met een reden doen!”