‘Vrijspraak na bedreigen hulpverleners onacceptabel’

“Niet te verkopen! Een onacceptabel signaal vanuit de rechtspraak naar de samenleving toe.” Dat zegt – met ingehouden boosheid – onze directeur Hans Janssen, in reactie op de vrijspraak vandaag, van een man die een ambulancehulpverlening ernstig hinderde en onze collega’s verbaal en met een verfroerlat bedreigde.

Dat de verdachte vrijuit gaat, noemt Janssen ‘totaal in tegenspraak met het zero-tolerance-beleid dat de overheid zelf propageert bij geweld tegen hulpverleners’. “De straf zou juist hoger moeten zijn! Waarom worden wij überhaupt nog opgeroepen om altijd aangifte te doen?” De medewerkers waren na het incident zo ontdaan dat ze tijdelijk uit de parate dienst moesten worden gehaald.

Het voorval vond plaats in november 2021, toen de hulpverleners met spoed aankwamen bij een huis in Dordrecht waar een ernstig benauwde COVID-patiënt wachtte op hulp. Het ambulancetweetal vroeg aan de verdachte of hij zijn auto, die de weg blokkeerde, aan de kant wilde zetten. De man zei hierop dat de ambulance maar een paar minuten moest wachten. Toen de collega’s daar geen genoegen mee namen, werd de 34-jarige man agressief tegen beiden en vervolgens ook tegen de politie, die door de belaagde hulpverleners via de noodknop was opgeroepen en heel snel ter plaatse was. De verdachte bleek onder invloed van cocaïne en wiet. Hij ontkent zijn handelen niet, al was het volgens hemzelf wat minder erg. Het ging in die tijd erg slecht met hem en hij zegt nu spijt te hebben.

Maar waarom dan volledige vrijspraak, vanochtend in de rechtbank van Rotterdam? Dat zit zo: Justitie had de verdachte gedagvaard wegens dreigen met zware mishandeling. Weliswaar had de breedgebouwde man zwaaiend met een lat, dichtbij het gezicht van de hulpverleners, geroepen: ‘ik sla je voor je kankersmoel’, maar volgens de rechtbank is dat nog geen dreigen met zware mishandeling. Een eventuele klap met een lat doet immers wel pijn, maar levert vermoedelijk geen blijvend letsel op. Ook voor het hinderen van de hulpverlening kon de man niet worden veroordeeld, want dat feit had Justitie helemaal niet vermeld op de aanklacht. En de rechter kan alleen straf geven voor datgene wat Justitie de verdachte verwijt. Al gaf de rechter zelf ook aan dat iedereen wel aanvoelt hoe kwalijk dit handelen was.

De patiënt in ademnood heeft door het tumult naar schatting zo’n tien minuten onnodig moeten wachten op zuurstof. “U stelde uw eigen ego boven de levensbedreigende situatie van iemand anders”, hield de Officier van Justitie de man voor. Ze eiste een boete van 750 euro. De advocaat van de verdachte wees erop dat haar cliënt graag veel eerder in contact zou zijn gekomen met de ambulancehulpverleners, voor bemiddeling en om excuses te maken. Aan de collega van ons die vandaag in de rechtszaal aanwezig was, vroeg de rechter of hij daar alsnog toe bereid was. Na de zitting wel, zei onze ambulancechauffeur. Maar nu er een vrijspraak ligt, wil hij dat niet meer: het is al vernederend genoeg zoals het nu is. De verdachte bood tijdens de zitting excuses aan, maar richtte zich daarbij niet tot onze ambulancechauffeur.

Deze richtte zich echter wél tot hem en tot de rechtbank, in een slachtofferverklaring: “Ons werk is hulpverlenen in de breedste zin. We vechten voor het leven van patiënten, niet tegen geweldplegers. Deze agressieve persoon heeft ons het werken onmogelijk gemaakt. Wij en onze collega’s zijn geschrokken en ervaren een gevoel van onveiligheid. We zijn meer gebaat bij helpende handen tijdens een hulpverlening dan bij slaande, plukkende of gebalde vuisten en een grote mond. Gelukkig zijn er ook mensen die ons helpen een infuuszak omhoog te houden, een patiënt mee te tillen, ons de weg te wijzen of te starten met een reanimatie voordat wij er zijn. Dat zijn wél helden.”

Wij zouden graag zien dat Justitie in hoger beroep gaat en dan ook een lichtere vorm van bedreiging, maar vooral het hinderen van de acute zorg toevoegt op de dagvaarding. Behalve onze gedupeerde medewerkers zijn er namelijk nog meer partijen in het spel: iedere zieke of gewonde patiënt die met spoed hulp nodig heeft én alle hulpverleners in Nederland die niets anders willen dan dat ze gewoon hun werk kunnen doen.