Meldkamers Dordrecht en Rotterdam fuseren
De meldkamer voor de regio Zuid-Holland Zuid bevindt zich in Dordrecht, maar niet meer lang. Eind dit jaar, waarschijnlijk in november, fuseert de Dordtse meldkamer met die van Rotterdam-Rijnmond.
Sinds mensenheugenis heeft Dordrecht een meldkamer. Een kleine, met een huiskamerachtige sfeer. Sommige centralisten ervaren het vertrek vanaf het Oranjepark dan ook als een verlies. Maar het biedt ook kansen. “De intake van 112-meldingen voor de ambulance wordt één gezamenlijk proces voor beide regio’s”, vertelt verpleegkundig centralist Bram Bosch. “Qua dynamiek kijk ik daar wel naar uit: ineens werken we in een grote stad, met een wereldhaven, een luchthaven, meer vreemde talen. Kom maar op.”
De tekst gaat verder onder de foto’s.Bram Bosch en Richtje Kant op de huidige Dordtse meldkamer.
De Dordtse meldkamer bedient nu het gebied van grofweg Piershil in de Hoeksche Waard tot aan Leerdam. Het was de eerste meldkamer die volledig multidisciplinair ging werken, in 2001 al. ‘Witte, rode en blauwe’ centralisten (resp. geneeskundig, brandweer en politie) kunnen sindsdien elkaars intake (aanname van meldingen) en uitgifte (aansturen van eenheden in het veld) op elk moment overnemen – behalve de ‘witte’ intake, die exclusief voor de verpleegkundig geschoolde centralist is. De huidige meldkamer staat bij de hulpdiensten dan ook bekend als ‘de GMC’, voluit Gemeenschappelijke Meld Centrale.
“Dit zogeheten ‘multi werken’ raken we in Rotterdam kwijt”, zegt Bosch. “Dat vind ik wel jammer. Wij ervaren nu in Dordrecht geen enkele barrière om elkaars hulp in te roepen. Je hoeft elkaar letterlijk maar even aan te kijken. We weten precies wat de andere diensten in huis hebben en kunnen. Bij de intake ben ik al aan het denken namens wit, blauw en rood tegelijk. Tijdens kennismakingsbezoeken die we over en weer hebben afgelegd, reageerden de Rotterdamse collega’s daar heel positief op.”
Rotterdam-Rijnmond heeft die werkwijze echter niet en dat blijft zo, wanneer de 60 Dordtse centralisten straks aanschuiven bij hun 170 Rotterdamse collega’s. De Dordtenaren die nu op meerdere disciplines werken, krijgen wel de mogelijkheid om in Rotterdam de intake en uitgifte voor alle drie de kolommen te blijven doen, maar dan wel één kolom per dienst en dus niet meer tegelijkertijd.
Ook voor de Rotterdammers wordt het een verhuizing: zij gaan van de 20e naar de 21e verdieping van het World Port Center, waar een nieuwe meldkamer wordt opgebouwd. “Het is een forse schaalvergroting, van elf tafels bij ons nu, naar 58 op de nieuwe meldkamer”, vertelt de Dordtse teamleider en centralist Richtje Kant. “We werken allebei al met het uitvraag- en triageprotocol ProQA en dat is natuurlijk een enorm voordeel. Je spreekt letterlijk al dezelfde taal, kent de systemen al. Voor ons is het mooi dat de opleidingsmogelijkheden naar verwachting groter worden en de roosters flexibeler dan in onze huidige kleine ploeg. Daar staat dan weer tegenover dat de locatie in Rotterdam moeilijker bereikbaar is en het parkeren lastig.”
“Door de gezamenlijke intake kunnen we de werklast beter verdelen”, vervolgt Kant. “Voor de uitgifte ligt dat anders, omdat het om twee regio’s gaat met afzonderlijke aansturing en verantwoordelijkheden, eigen middelen en gescheiden financiering.”
In Rotterdam is al gekscherend opgemerkt: ‘Mooi, wij krijgen er 20 ambulances bij!’ Maar vanzelfsprekend moet het belang van beide regio’s in gelijke mate gediend worden. Bosch: Er zal denk ik wat meer grensoverschrijdend verkeer komen, bijvoorbeeld doordat een wagen van Zuid-Holland Zuid die in een Rotterdams ziekenhuis klaar is, de dichtstbijzijnde vrije wagen is voor een Rotterdamse patiënt. Die gaat dan niet meer vanzelfsprekend terug naar de eigen regio.” Kant: “Maar omgekeerd komt die situatie ook voor. En ook nu is er al veel burenhulp. Ik ga ervan uit dat we daar bij de uitgifte samen wel uit gaan komen.”
De 24 meldkamers die Nederland tot enkele jaren geleden rijk was, moeten van overheidswege de komende jaren fuseren tot een totaal van tien.