Door aanrijding ‘ook een kras op m’n ziel’
Uit alle macht remmend, kon ambulancechauffeur Corstiaan nog naar de collega’s achterin roepen: zet je schrap! “Ik zag de achterkant van de politiewagen die ons begeleidde snel dichterbij komen. Mijn enige gedachte was: neeee, dit gebeurt niet, dit gebeurt niet… maar het gebeurde wel.” De ambulance met vijf personen aan boord klapte achterop de snelle Audi die voor hen uit had gereden. Deze had zelf een noodstop moeten maken voor een bestelwagen die stilstond op een rijstrook met een rood kruis erboven.
Boven de linker strook van de A15 ter hoogte van Alblasserdam stond maandagavond 2 december al vier minuten lang een rood kruis, door Rijkswaterstaat daar geplaatst voor de naderende ambulance met politiebegeleiding. “Het was druk op de weg, maar wij hadden vanaf Sliedrecht mooi vrij baan”, blikt Corstiaan terug. Bij een snelheid van naar schatting 120 à 130 kilometer per uur, gaven ambulanceverpleegkundige Jannie en een mmt-arts van de traumahelikopter achterin samen zorg aan een ernstig hulpbehoevende patiënt. Naast Corstiaan voorin zat de partner van de patiënt. Wegens de ernst van het letsel, had de mmt-arts aangedrongen op begeleiding door de politie op de route van het hulpverleningsadres in Hardinxveld-Giessendam naar het Erasmus MC in Rotterdam.
“Het doel van begeleiding is dat de politie bij grote spoedeisendheid zorgt voor een snelle, soepele doorgang”, verduidelijkt Corstiaan (bijna 40), die 7 jaar ervaring heeft als ambulancechauffeur en 15 jaar als brandweerchauffeur. “We vormen dan een kleine colonne, allebei met zwaailicht en sirene. Natuurlijk moet ik daarbij voldoende afstand houden tot mijn voorganger. Volgens de veilige norm zou ik in deze situatie ruim 70 meter achter de politieauto moeten rijden. Maar met die afstand valt voor andere weggebruikers het verband tussen beide voertuigen weg en kan er alsnog verkeer tussen ons in komen. Voor jezelf bepaal je daarom een acceptabele marge, om toch in het kielzog van de begeleidende voorganger te rijden. Dat is een grijs gebied. Wij hebben uiteraard geen vrijbrief voor onverantwoord rijgedrag. Het zijn afwegingen waar je op getraind wordt, waar je ervaring in opdoet. Dat ik als professionele chauffeur in dit geval niet tijdig tot stilstand heb kunnen komen, trek ik me persoonlijk stevig aan, ook al word ik overladen met steun en begrip.”
(De tekst gaat verder onder de foto’s.)
Noodstop
Vlak voor de Noordtunnel zien de politiemensen ineens een bestelwagen staan op de afgekruiste strook. Bij hun noodstop komen zij zelf ook remweg tekort, maar het obstakel kan nét worden ontweken door er de laatste meters links naast te sturen. Corstiaan botst echter met de ambulance op de politiewagen en raakt zijdelings ook nog het busje. “Ik zag dat de politiemensen wilden uitstappen, maar dat ze beide portieren niet konden openen omdat ze klem stonden tussen de vangrail en het busje.” Na de klap blijken de inzittenden van de beide hulpverleningsvoertuigen ongedeerd. “Ik checkte eerst de passagier naast me en ben snel buitenom naar de cabine gelopen. Wij zijn OK, zeiden Jannie en de mmt-arts.” De patiënt bevindt zich gelukkig nog op de brancard, maar verkeert uiteraard nog steeds in levensbedreigende nood. De zorg gaat dan ook ononderbroken door, in afwachting van een andere ambulance.
“Een van de politiemensen vroeg me of wij naar een hoofdwond bij de chauffeur van de bestelwagen konden kijken”, vertelt Corstiaan. “Eerst heb ik gecontroleerd of onze brancard nog goed functioneerde voor de overdracht van de patiënt, toen ben ik naar de bestelwagen gelopen. De wond viel mee. Op het puntje van mijn tong lag: wat dóe je hier met je auto? Maar je moet professioneel blijven. Bovendien was ik het die op mijn voorganger was gereden.” Corstiaan was daarom ook niet verbaasd dat hij ter plekke van de agenten te horen kreeg dat hij als verdachte werd aangemerkt. “Mijn collega de verpleegkundige schrok daarvan, maar ik wist dat het nu eenmaal zo werkt.”
Collegiale opvang
Na het indrukken van noodknoppen vanuit zowel de ambulance als de politiewagen, heerste in de meldkamer door de parallelle gesprekken enige tijd onduidelijkheid over de situatie. Corstiaan: “Onze collega’s die met een andere ambulance met spoed op pad werden gestuurd om onze patiënt over te nemen, wisten dat wij gestrand waren; maar niet dat wij een ongeluk hadden gehad.” Ondanks ook hún schrik toen ze arriveerden, verliep het overdragen van de patiënt vlot. “Tussen de aanrijding en het weer onderweg zijn van de patiënt, bleken uiteindelijk slechts tien minuten gepasseerd”, weet Corstiaan. “Voor mij leek het een uur.” Daarna werd het hem zelf even te veel. “Toen brak ik, daar naast de ambulance. En dat gebeurde diezelfde avond in het collegiaal opvangteam opnieuw. Er was daar veel aandacht en steun voor alle betrokkenen. Dat voelde goed.”
(Foto boven: Alblasserdamsnieuws.nl)
Over de patiënt kunnen en mogen geen mededelingen worden gedaan. Naar het zich laat aanzien, heeft de aanrijding in elk geval geen extra schade toegevoegd aan het letsel. Corstiaan weet dat de familie van de patiënt hem geen verwijten maakt en dat is voor hem waardevol. Een verdachte was hij al snel niet meer. “Justitie beoordeelde de zaak als een aanrijding met materiële schade, zonder persoonlijk letsel. Dat betekent dat er geen stafrechtelijk onderzoek en ook geen verkeerstechnisch onderzoek wordt verricht.”
Kwetsbaar
Daarmee zal ook de precieze toedracht voor Corstiaan en zijn collega’s niet worden opgehelderd. “Ik weet niet waarom of hoe precies de bestelwagen stilstond, ik heb dat zelf niet kunnen zien omdat ik gefocust was op het begeleidende voertuig. In de politieauto was de videoregistratie niet in werking. Hoeveel remweg we hebben gehad, hoe hard de botsing was: ik had dat alsnog allemaal wel willen weten. Onze airbags zijn niet opengegaan en het motorblok van de ambulance is niet beschadigd. De klap moet dus relatief zijn meegevallen, maar zo voelde het niet.”
Het verhaal heeft meer dan één moraal, wat Corstiaan betreft. “Iedereen is kwetsbaar in het verkeer en je bent samen verantwoordelijk voor veiligheid. Maar iedereen kan verkeerde inschattingen maken, ook professionals. Na die avond zijn veel verhalen losgekomen van collega’s die ook zoiets hebben meegemaakt, waar je uiteindelijk een ervarener chauffeur van wordt. Dat een rood kruis er niet voor niets staat, is een voor de hand liggende les voor iedereen.” De gevolgen waren nu gelukkig te overzien. Corstiaan is weer aan het werk. “Er zit voorlopig nog wel even een kras op m’n ziel, die moet slijten.”