112-oproep belandt soms in mini-meldkamer thuis
Een 112-ambulanceoproep wordt in onze regio beantwoord door de meldkamer in het World Port Center in Rotterdam. Sinds kort kan de 112-beller echter ook terechtkomen in een bijkeuken in Hendrik-Ido-Ambacht.
Verpleegkundig centralist Ton Lagendijk is een van de eerste collega’s die meedoen aan een proef, mede ingegeven door de coronacrisis. Zelfs de complexe, technische meldkameromgeving blijkt goed transporteerbaar naar de thuisomgeving.
Het is even sjouwen met een grote koffer vol apparatuur. Ton: “Maar als het eenmaal allemaal staat en ik ben ingelogd, dan zit ik in alle systemen die ik op de meldkamer ook tot mijn beschikking heb.” Volledig beveiligd en supersnel kan hij noodmeldingen afhandelen zoals hij dat al vele jaren doet en de gegevens digitaal doorsluizen naar collega’s, zodat een ambulance met de juiste info op pad kan gaan.
Voor hen is Ton op dezelfde manier als normaal ‘aanwezig’ in de gedeelde computerschermen, ze zien hem alleen niet zelf zitten. “Even iets naar elkaar roepen kan niet, maar ik zit ook in het interne telefoonsysteem dus we hebben elkaar zo aan de lijn.” Bellende burgers in nood hebben er geen idee en ook geen last van dat Ton thuis zit. Hun privacy is gewaarborgd in de geluiddichte en afsluitbare ruimte.
(De tekst gaat verder onder de foto.)
Het communicatienetwerk C2000 is het enige systeem waar de ‘thuiscentralist’ niet mee verbonden is. Ton: “Spraakoproepen naar ambulances kan ik daardoor niet via de portofoon doen. Maar dat kan op de meldkamer ook niet op alle werkplekken. Bovendien heeft elke ambulance een mobiele telefoon.”
Het doel of vervolg van het experiment is niet vastomlijnd. “Dat het perfect werkt, staat voor mij al vast”, zegt Ton. “Wat deze coronatijd ons leert, is dat vitale voorzieningen zoals de 112-meldkamer onder alle omstandigheden door moeten kunnen draaien. En dat lukt dus zelfs thuis!”