Onze dokter achter de schermen

Deze arts heeft ruim 40.000 patiënten per jaar, maar hij ziet er niet één. Nou vooruit, een handjevol dan. “Ik rijd soms een dag mee met de ambulance, om voeling met het werk te behouden en collega’s beter te leren kennen. Ik wil niet helemaal een ‘bureaudokter’ zijn.”

Frits Weijschede is de medisch manager van onze dienst. De acute zorg wordt dagelijks geleverd door tientallen topverpleegkundigen, maar Weijschede is medisch eindverantwoordelijk. Hij legt uit: “Ambulanceverpleegkundigen verrichten een aantal handelingen die eigenlijk voorbehouden zijn aan artsen, maar die wel snel moeten gebeuren als het nodig is: defibrilleren, intuberen, de luchtweg chirurgisch vrijmaken, of een ingeklapte long herstellen met een naald. Een arts moet dat vooraf autoriseren en de verpleegkundige bekwaam verklaren – en de verpleegkundig meldkamercentralisten trouwens ook. Dat is een van mijn taken.”

Elke ambulancedienst heeft een medisch manager. Zij zijn onder meer verantwoordelijk voor de medicatie. Geneesmiddelen mogen immers alleen worden voorgeschreven door een arts. Weijschede: “Ik beheer de ‘dokterstas’, alleen is die tas in mijn geval verdeeld over zeventien auto’s. Voor de zware pijnstillers schrijf ik elke week handmatig het recept uit.”

frits-weijschede

Waar hij verder zijn dagen mee vult? “Overleggen met huisartsen en medisch specialisten, afstemmen met de politie en de geestelijke gezondheidszorg over allerlei situaties. Ik bepaal mede het beleid van onze dienst op allerlei gebieden. Daarnaast stel ik samen met mijn collega’s van andere ambulancediensten de landelijke ambulancebehandelprotocollen op. De medisch managers adviseren ook elkaar. Ik ben van huis uit GGD-arts. Daardoor heb ik binnen dat landelijk gezelschap de rol van expert infectieziekten. Tijdens de ebolacrisis heb ik met het RIVM en de academische ziekenhuizen het landelijk protocol gemaakt. Maar als er bij ons vragen zijn over pakweg traumazorg, dan heb ik weer een collega uit het land nodig.”

Voor patiënten bij wie vooraf bekend is dat zij niet volgens het standaardprotocol mogen worden behandeld, stelt Weijschede een protocol-op-maat vast, in overleg met de meldkamer. Hij is verantwoordelijk voor onderzoeken naar calamiteiten. En als een ambulanceverpleegkundige op straat advies nodig heeft – bijvoorbeeld omdat een patiënt niet mee wil – dan dient de medisch manager als vraagbaak. De buitenwereld ziet hem niet, maar zonder de medisch manager kunnen wij niet.